Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ik heb een [50]gerucht gehoord van den HEERE, en er is een [51]gezant geschikt onder de heidenen, [om te zeggen:] Vergadert u, en komt aan tegen [52]haar, en maakt u op ten strijde. 50. Of, rumoer, tijding. Hebreeuws eigenlijk, ene horing gehoord; vergelijk Obad.:1,2,3, enz., van den HEERE; dat is, de Heere heeft mij deze tijding geopenbaard, of, welk gerucht de Heere beschikt heeft, verwekkende den koning van Babel tegen Edom. 51. Dat is, Ik heb het door mijn goddelijke voorzienigheid beschikt dat zij, als op een bijzonder bevel of mijne aanmaning, zullen doen gelijk volgt; vergelijk boven hfdst.25 vs.9, met de aantekening. Of, [gelijk sommigen] de koning van Babel heeft een ambassadeur uitgezonden om de volken tegen Edom op te maken, enz.; hetwelk van God alzo beschikt is. 52. Bozra of Edom; gelijk hier doorgaans van deze volken en landen nu in het vrouwelijk, dan in het mannelijk geslacht gesproken wordt; vergelijk boven hfdst.48 vs.4.